Smalle weegbree

Smalle weegbree

In de bermen van onze watergangen staan ze in grote getale.

Kruidachtig gewas – wilde plant

Het geslacht Plantágo heeft veel soorten, waarvan er enkele zeldzaam zijn. De bekendste zijn wel de grote en de smalle weegbree.

In sommige streken, vooral langs de kust op duinen en zeedijken, vinden we de zeer platte hertshoornweegbree. De bladeren van deze plant zijn zo ingesneden dat ze aan een hertengewei doen denken. De ruige weegbree kunnen we ook nog tegenkomen, vooral op rivierdijken. De bloeiwijze ervan houdt ongeveer het midden tussen die van de smalle en de grote weegbree. Waarschijnlijk heeft Linnaeus deze plant daarom Plantago media genoemd. Ze is bij enkele vaste-plantenkwekers verkrijgbaar en ze wordt toegepast in wilde tuinen. Zoals de Nederlandse naam al aangeeft, is ze ruig behaard.

De bladeren van de weegbreesoorten worden door mens en dier gegeten. omdat ze een geneeskracht hebben.

Soorten

Smalle weegbree 2

Plantago lanceolata, smalle weegbree. Is een veel voorkomende weegbreesoort, De lansvormige bladeren hebben een parallellopende nervatuur die aan een zaadlobbige plant (grassen, tulpen, lelies enzovoort) doet denken. De smalle weegbree is echter een tweezaadlobbige plant. In tegenstelling tot de grote weegbree houdt ze van losse grond. We zien haar daarom minder langs paden en op boerenerven, maar wel in bermen en hooilanden die niet al te veel worden verzorgd. De bloeiwijze is verrassend mooi, al valt ze door haar kleur weinig op. De meeldraden omvatten de vruchtbaar als een krans.

De smalle weegbree is van oorsprong uit Europa en West Azië afkomstig. Extracten uit smalle weegbree leveren stoffen die in de geneeskunde worden gebruikt tegen ontstekingen van de luchtwegen, bronchitis, astma. longtuberculose, huidaandoeningen en jeuk.

Smalle weegbree 1

Plantágo májor, grote weegbree, is in ons land, maar ook wel daarbuiten, algemeen bekend. Deze plant zou door toedoen van de blanken, vooral Nederlanders, over de hele wereld verspreid zijn geraakt. De indianen noemden haar “voetstap der bleekgezichten” vanwege de grote, platliggende bladeren. Ze houdt van een vaste bodem en men vindt haar veelvuldig op belopen stukjes grond, op erven van boerderijen en langs voetpaden. Ze wordt dan ook wel `tredplant’ genoemd. Vanuit het midden van de bladerrozet schieten onbebladerde zaadstengels omhoog, waaraan vele roggebroodachtige, kleverige zaden verschijnen.

Bekijk de bloeiwijze eens met een loep.

Volgens eetbare gewassen zijn de bladeren van de grote en smalle weegbree goed in salades, soepen of op het brood. Men kan er sap van persen (erg veel nodig) of thee van trekken.

Smalle weegbree 3

Uit:
Landelijk Nederland
Thieme wilde bloemen
Foto’s Wikipedia